Mijn gedachten gingen terug naar 2007. Toen schreef Koen Schouten in dezelfde krant dat hij mijn concert oersaai vond en allesbehalve origineel. Het signaal kwam aan. Ik vond het stom, maar misschien had hij ook wel een beetje gelijk?
Sindsdien heb ik een haat-liefde verhouding met recensies. Zouden ze mij wel goed genoeg vinden? Is mijn muziek wel interessant genoeg of hip? Tel ik nog mee?
Recensies roepen altijd bepaalde vragen op, of ze nu positief zijn of niet. Wat vertelt één recensent aan — in dit geval — honderdduizenden lezers over jouw creatie? Wat nu als die recensent toevallige een slechte bui heeft? Of er gewoon niets van begrepen heeft? De lezer is overgeleverd aan de waan van de dag. Om over de artiest nog maar te zwijgen. Mij is het nog nooit gelukt om een recensie niet persoonlijk te nemen. De kater van een slechte recensie kan jaren blijven hangen.
Deze keer had ik geluk: onder de kop ‘Zonder franje overtuigen‘ gaf Frank van Herk mijn plaat Big Time vier sterren. De volledige recensie zit achter een betaalmuur. Voor niet-abonnees: hier een paar snippets uit het artikel.
“De sax van van Tom Beek gaat recht naar het hart”
“[Het openingsnummer] Send In The Clowns overtuigt meteen. Het valt niet mee om alleen met toon en frasering zo’n liedje expressief te maken.”
“Beek speelt krachtig en helder als Dexter Gordon”
“De tenorsax van Tom Beek gaat er recht mee naar het hart.”
“Intelligente funknummers met verende swing”
“Een opwindende cd”
Dankjewel Volkskrant!