De nieuwsgierigheid van Joan Reinders

Componist/arrangeur Joan Reinders toverde het amateur-orkest Big Band Barchem om tot het Millennium Jazz Orchestra. De big band uit Zwolle bevindt zich al jaren aan de top van de Nederlandse jazzorkesten. Na bijna veertig jaar is Reinders (1959) nog even gretig. Deze week werd bekend dat hij de Jerry van Rooijen Award 2023 heeft gewonnen. Een jaar geleden interviewde ik hem voor Jazz Bulletin 125.

Tekst en beeld Tom Beek

Joan Reinders foto (c) Tom Beek
Joan Reinders foto (c) Tom Beek

Jerry van Rooyen Award

Uit het persbericht van het Millennium Jazz Orchestra:

‘De Jerry van Rooyen Award is een initiatief van trompettist Ack van Rooyen – die twee jaar geleden overleed – samen met vier collega-musici. Enkele weken voor zijn heengaan heeft Ack op verzoek van de mede-initiators zelf nog de eerste winnaar van de award aangewezen. Na zorgvuldige overwegingen kwam hij uit bij een geliefde leerling van Jerry, met wiens orkest hij door de jaren zelf geregeld het podium had gedeeld: componist, arrangeur en dirigent Joan Reinders.’

De prijs is een beeld van kunstenaar Toon Tullemans. Die wordt aan Reinders op 15 december uitgereikt tijdens het Jazz en Route festival in Den Haag.

Dertig jaar ontwikkelen

Joan Reinders: ‘Ik heb vanaf het begin de drang gehad om te schrijven voor big band. Als trombonist kon ik een aardig chorus spelen, maar ik had niet het idee dat ik er verder mee kwam. Mijn aandacht ging steeds naar het schrijven. Trombone in de hoek gezet, nooit meer aangeraakt.’

‘In Zwolle kreeg ik arrangeerles van Frans Elsen. Wist ik veel, ik schreef allemaal lange noten. Hij heeft me heel goed geholpen. Ik heb geluk gehad met de input van goede mensen: Jerry van Rooyen, John Clayton, Bob Brookmeyer.’

‘Het Millennium Jazz Orchestra is in 1985 begonnen als Big Band Barchem, een uit de kluiten gewassen amateurorkest. Al vrij snel dacht ik: we moeten een podium hebben. Toen begonnen we in 1990 met de concerten in Bouwkunde in Deventer. Dat hebben we dertig jaar gedaan. Dan kun je je ontwikkelen. Met allemaal fantastische gastsolisten waar je voor kunt schrijven. Twee keer per maand repeteren, iedere maand een concert. In 2025 bestaan we veertig jaar.’

‘Ik wil mezelf als componist en arrangeur ontwikkelen; het orkest geeft me die vrijheid. De musici zijn zo goed. Ze spelen alles. We zijn een Overijssels orkest, maar de muzikanten komen overal vandaan. Zes van mijn jongens komen uit Amsterdam. Er komen ontzettend veel goede musici uit het Oosten.’

‘In het begin arrangeerde ik een beetje zoals Bill Holman. Toen ik hem mijn werk liet horen, zei hij: get away from me

Joan Reinders foto (c) Tom Beek
Joan Reinders foto (c) Tom Beek

Melodiegevoel

Joan Reinders: ‘De big band-geschiedenis heb ik als een spons in me opgenomen. De grote jongens, daar leer je het van. Thad Jones is mijn grote held. Maar ook Al Cohn bijvoorbeeld, waanzinnige arrangeur. Zo had je er toen veel. Als je wilt weten hoe je voor zang en big band moet schrijven, moet je Sammy Nestico met Sarah Vaughan en Count Basie uitpluizen. Zo mooi.’

‘Bob Brookmeyer zette me ook flink aan het denken. Je moet nadenken over je noten: hoe verhoudt die ene noot zich tot de noten ervoor en tot de basnoten? Zo ontwikkel je melodiegevoel. En nadenken over de vorm: wat gaat er gebeuren? Wat heeft het stuk nodig? Interessant en leuk om mee te experimenteren.’

‘In het begin arrangeerde ik een beetje zoals Bill Holman. Toen ik hem mijn werk liet horen zei hij heel vriendelijk: “Get away from me.” Mijn stijl leek er te veel op. Ik zat ermee. Maar pianist Bob Florence stelde me toen gerust: “Niet over inzitten. Jouw eigen persoonlijkheid komt er vanzelf wel uit.” Een eye opener.’

‘Als je ziet wat er in de klassieke muziek allemaal is gebeurd, daar zijn wij hele kleine jongens bij hoor. Ze maken een verhaal, ze vertellen echt iets. Zo werkt het met improviseren ook. Dat doe je op een bestaande vorm, maar je kunt ook kiezen om dat los te laten. Het is heel leuk om daar als componist over na te denken. We zijn zo gewend aan acht maten, en dan weer acht maten. Maar als een melodie wil dat het negen maten zijn, schrijf je er negen. Als je de moeite neemt om dingen te bedenken, gaat een big band verder dan alleen een themaatje en een backgroundje.’

Lockdown-zomer

Joan Reinders: ‘Sinds 2018 ligt de focus van het Millennium Jazz Orchestra bij theatertournees. We hebben Bernstein en Gershwin gedaan. Ik wilde al lang iets doen met Braziliaanse muziek; die is zo rijk, daar zit zoveel in. Maar ik had wel een maatschappelijk onderwerp nodig als kapstok, dat werd de Amazone. Wat daar allemaal gebeurt is een enorme natuurramp. Bleeding Amazonia schreef ik in de eerste lockdown-zomer. Veel onderzoek gedaan en geluisterd. Ik kwam terecht bij zangeres Lilian Vieira; die is fantastisch, zij heeft het in haar vezels. Dichter bij Brazilië kom je niet. Zij wees me op Thiago de Mello. Een aantal van zijn gedichten pasten precies bij ons onderwerp. De verschillende thema’s zijn: flora en fauna, de inheemse bevolking, de vervuiling, de houtkap, de bosbranden. Het eindigt met hoop, want ik wilde positief eindigen.’

‘Je kunt niet vanuit het niets zeggen: geef mij maar een zak geld voor vier jaar. Je moet jezelf bewijzen en dingen gedaan hebben’

‘De Portugese taal heeft van zichzelf al een ritme, dat is al bijna zingen. Ik heb de klank, de betekenis, zelfs de lengte van de lettergrepen van de gedichten beluisterd en bestudeerd. Waar zitten de accenten, waar ligt de nadruk, welke sfeer past hierbij? Daar ben ik melodieën op gaan schrijven. Ik componeer om dingen uit te beelden.’

‘Normaal spelen we veel swing, maar in Bleeding Amazonia mag er geen noot swingen, haha. Maar we zijn geen Braziliaanse big band. Ook geen Count Basie-band. Ik ga niet proberen iemand anders na te doen, het blijft mijn muziek. Dat vind ik nou zo interessant: je schrijft iets, zet het op de lessenaar, en dan hoor je het terug, gespeeld door geweldige muzikanten.’

Joan Reinders foto (c) Tom Beek
Joan Reinders foto (c) Tom Beek

Wit papier

Joan Reinders: ‘In de zomer van 2021 won ik – samen met negen anderen – de VNJJ Compositieopdracht, in het kader van de Week van de Jazz. Toen heb ik Concerto for Jazz Orchestra geschreven, waarbij ik me liet inspireren door het concerto voor orkest van Bartók. Als je jezelf dwingt om een fuga te schrijven of iets tweestemmigs, daar leer je van. Je moet weten waarom je iets schrijft. Arrangeer je een bestaand stuk, dan heb je al veel informatie. Maar beginnen met zo’n wit papier, dat is het moeilijkste.’

‘Hopelijk gaat het ooit lukken om onszelf te bedruipen als orkest, maar dat is nog een lange weg. Je kunt niet vanuit het niets zeggen: geef mij maar een zak geld voor vier jaar. Je moet jezelf bewijzen en dingen gedaan hebben. Maar als je elk jaar een project wilt doen, kun je ook niet steeds bij dezelfde fondsen aankloppen. Dat moet je uitkienen. Dat hoort erbij. Vroeger was het van: volgende maand hebben we een concert, wie zullen we nu eens vragen als solist? Maar nu denken we veel verder vooruit. Doel is om maatschappelijke thema’s te verbinden met kunst en cultuur. Er liggen veel plannen in elk geval.’

‘Als je ziet wat er in de klassieke muziek allemaal is gebeurd, daar zijn wij hele kleine jongens bij’

‘Ik word gedreven door nieuwsgierigheid, ben optimistisch maar niet luchtig. Ik ga mijn eigen gang, ik probeer de weg te kiezen die voor mij wat oplevert. Dingen aanpakken. Met terugwerkende kracht ben ik blij dat ik heb doorgezet. Het Millennium Jazz Orchestra is mijn ding, ik heb alle vrijheid. Ik voel me als een vis in het water. Het orkest geeft mij de mogelijkheid om mezelf te ontwikkelen.’

Met dank aan Bert Vuijsje

tom beek (c) hans reitzema

Tom Beek. Saxofonist. Schrijver. Consultant. Twitter. Instagram.

Plaats een reactie