Record Store Day 2012: hoe Plato in Leiden mijn leven veranderde

Ter gelegenheid van Record Store Day publiceerde ik dit artikel op 21 april 2012 in de serie ‘De platenzaak die mijn leven veranderde’, op uitnodiging van Niels Aalberts en Guuz Hoogaerts.

Platenwinkels in Leiden

Midden jaren tachtig, toen ik ongeveer zestien was, had je in Leiden een paar platenwinkels. Naar de V&D ging ik af en toe voor de koopjes, maar het was er groot en ongezellig. De Free Record Shop was het ook niet. Voor de baliemedewerkers van het type ‘na school ben ik gelijk gaan werken’ moest ik de naam van een artiest altijd drie keer herhalen. Ze kenden niks. Het werd al gauw duidelijk: ik moest bij Plato zijn.

Plato Leiden

De winkel zat in een steegje, je moest het echt weten te vinden. De medewerkers waren van het alternatieve type. Wat bleke gezichten, vaak zwart gekleed. De muziekkeuze in de winkel zelf was dat ook. Maar ik voelde me altijd verbonden met deze mensen en hun klanten, die net als ik op zoek waren naar — en het liefst de hele dag bezig waren met — hun lievelingsmuziek.

Plato had van die wat knullige, zelfgemaakte houten bakken met cd’s. Maar de winkel straalde liefde voor muziek uit. Achter de balie zag het er rommelig uit, maar ik was stiekem jaloers: zij hoorden nieuwe platen altijd als eerste!

Ze bleven ook relaxed als ik weer eens tot sluitingstijd in de weer was — en weer eens niet had kunnen kiezen. Een plaat terugbrengen omdat je ‘m toch niet zo tof vond was? Dat was gelukkig nooit een probleem.

Struinen in de platenbakken

Links achterin stond de bak met jazz. Plato had een flinke collectie! Geen bullshit, veel onbekend werk, alleen maar goeie shit. Ik kon er wel in verdrinken. En deed dat ook regelmatig.

In die tijd zoog ik alles op. Vertelde iemand over die ene van Miles, de nieuwste Scofield, een klassieke ECM of een obscure Zawinul? Ik ging gelijk op onderzoek uit. In Plato. Tussen de U2- en Zappa-fans met mijn rare jazzplaten. En zo’n krakende volumeknop die het vaker niet deed dan wel. Op zaterdag moest je soms een kwartier in de rij staan voor je kon luisteren.

Zat ik dan met een stapel cd’s, intens de ogen dicht of druk lezend in de hoes. Het moment waarop je minstens de helft weer terug moet leggen, zo lang mogelijk uit te stellen.

Record Store Day

Tientallen wonderbaarlijke platen hoorde ik daar voor het eerst, daar op die kruk. De impact die muziek heeft als je ‘m voor het eerst hoort, is enorm.

Daar zat ik, op het kruispunt van mijn adolescentie, in totale overgave een beetje te sterven omdat de muziek recht mijn hart binnenkwam, intussen worstelend volwassen te worden, terwijl ik de winkel in keek. Bang dat iedereen mij maar raar vond met mijn gekke muziek. De mensen van Plato vonden mij geloof ik wel okee.

De dubbel-LP Live at the Plugged Nickel van Miles Davis kocht ik er ook. Een behoorlijke aankoop van vier tientjes. Die plaat veranderde mijn leven. Daarna moest en zou ik zelf ook de muziek in. Ik hoorde Wayne Shorter en Herbie Hancock.

Al begreep ik er niets van, ik werd betoverd. Daar op die kruk, in mijn favoriete platenzaak.

Dankjewel Plato.

tom beek (c) hans reitzema

Tom Beek, saxofonist, tekstschrijver, webdesigner en fotograaf. Onregelmatig op Twitter en Instagram. Eindredacteur Jazz Bulletin. Nerd/helpdesk/detective. Gek op jazz, koffie en camera's. Ruikt aan boeken.

Plaats een reactie