Je hebt zangeressen die technisch goed zingen. Dat zijn er maar weinig. Zoiets geeft een zekere rust op het podium. Ze staan niet zomaar wat te doen. Ze hebben hun zaken voor elkaar, kramen geen onzin uit en kunnen behoorlijk een melodie zingen.
Dan heb je nog een veel kleinere groep zangeressen die met hun techniek hele mooie, oorspronkelijke dingen doen. Ze maken sterke, verrassende muzikale keuzes. Dat zie je terug in de uitvoering, de arrangementen, de ad libs, het repertoire en de kwaliteit van hun begeleiders.
Wanneer je ook die categorie eruit hebt gefilterd, hou je — van alle generaties — er nog maar een paar over met een bijzonder geluid, een uitzonderlijk goede performance of sterke eigen stukken. Dat is de absolute top.
Toch komt er eens in de twintig, dertig jaar een zangeres voorbij, die dáár weer ver bovenuit steekt. Iemand op die zó goed zingt, dat alles op zijn plek valt. Dat je de taal begrijpt, het arrangement, de tekst, het verhaal, het stemgeluid, de emoties, de frasering, de melodie, de swing, de akkoorden. Wat daarvoor gebeurde en daarna. Dat alles klopt, alles mooi klinkt, alles binnenkomt, alles raakt. Dat is voor mij Fay Claassen.
Klopt, samen met Kurt Elling de beste vocalist die ik ken.