De opkomst van de MP3 in de jaren negentig was een logische; het resultaat van een techniek die digitale audiobestanden zoals WAV en AIFF zo’n tien keer kon verkleinen. In een tijd waarin Internetten nog met een modem ging, waarin 24/7 online zijn kostbaar was en hoeveelheden en snelheden van data nog wel degelijk uitmaakten. De datacompressie van de MP3 werd niet ervaren als een noemenswaardig verlies van geluidskwaliteit. Het maakte mogelijk dat muziek gemakkelijk digitaal kon worden beheerd, geluisterd en gedeeld. Het meest bekende voorbeeld is Napster, waar liefhebbers MP3’s met elkaar uitwisselden volgens het peer-to-peer systeem. Sindsdien is de MP3 de standaard voor muziek — vanuit de consument gezien — in het digitale tijdperk.
Hoe de industrie reageerde
De muziekindustrie reageerde traag op deze ontwikkeling. Toen men doorkreeg wat er aan de hand was, was het al te laat. De gebruiker had al bepaald wat het wilde. Grote partijen uit de muziekindustrie, die blijkbaar waren vergeten dat ze kort daarvoor nog zorgeloos werkten met cassettebandjes en MiniDisk, zagen het massale gebruik van de MP3 als een grote bedreiging. Muziekminnende Internetters waren intussen al een paar stappen verder, zich van geen kwaad bewust en wilden ook niet wachten op een legaal alternatief. En geef ze eens ongelijk. Nieuwe wegen worden gezocht, gevonden en genoten.
Leestip: How music got free. Over het begin van mp3’s en waarom daarna niemand meer wil betalen voor muziek.
Hoe Apple reageerde
Met de introductie van Apple’s iTunes Store in 2003 luidde Steve Jobs een nieuw tijdperk in. Dat was een innovatie van de eerste orde. En passant bedacht Apple een eigen audioformaat (AAC). Het bedrijf beschermt continu zijn eigen werkwijze en voert een streng deurbeleid bij het aangaan van partnerships. Ondanks deze restricties was deze eerste grote legale downloadwinkel een enorm succes. Niet alleen voor Apple. Muziekliefhebbers en artiesten profiteren er ook goed van – tot op de dag van vandaag.
Een briljante zet dus, op het goede moment. De iTunes Store creëerde en domineerde een geheel nieuwe markt. Spotify lijkt hierop de volgende logische stap.
Auteurs en gebruikers
De discussie tussen de auteur en de gebruiker is nog steeds actueel. Die gaat veel verder dan alleen muziek. Kijk naar de opkomst van e-books en de uitgeverswereld. Wie was er nu eerder, de maker of de gebruiker? De auteur wil zijn werk beschermen en zelf bepalen hoe het wordt geëxploiteerd, de gebruiker wil er zonder gedoe over muziek beschikken. Of er een huwelijk mogelijk is tussen deze twee belangen, dat is nog de vraag. Voor beide kanten van het verhaal is wat te zeggen. Zeker is, dat je gedragspatronen in het dagelijks gebruik van muziek niet zomaar verandert. Makers zullen hier in mee moeten. De ontwikkelingen gaan intussen gewoon door. Wie de gebruiker niet faciliteert, heeft pech. Het is een industrie geworden van ‘graag of niet’.
In mei 2012 had Spotify tien miljoen actieve gebruikers, waaronder drie miljoen betalende. Daarmee is het uitgegroeid tot een wereldspeler voor het streaming (en legaal) afspelen en delen van muziek.
De integratie met Facebook in september 2011 heeft voor veel nieuwe gebruikers gezorgd en dus nog meer traffic.
De muziek
Spotify wil de nieuwe muziekbibliotheek zijn. “Alle muziek altijd.” Je kunt je eigen playlists maken en er zijn allerlei slimme en leuke apps. Het aantal beschikbare nummers, het aantal apps, het aantal landen groeit bovendien nog dagelijks. Die belofte wordt dus ruimschoots waargemaakt.
“Alle muziek altijd.” Dat wil Spotify zijn.
Hoe komt Spotify aan de enorme muziekcollectie? Door samen te werken met grote platenmaatschappijen. Dát kan alleen als je een grote, serieuze speler bent, en dat is Spotify inmiddels.
Ook maakt de Spotify-software gebruik van P2P technologie: muziek van andere gebruikers kan worden gedownload en je kunt zelf ook muziek uploaden.
Veelgehoorde kritiek is dat de independents, de kleinere, onafhankelijke platenlabels, op dit moment nog onvoldoende vertegenwoordigd zijn op Spotify. Het onderstreept wederom de dominante positie waar Spotify zich in bevindt.

Spotify, een wereldspeler
De strategie van Spotify lijkt er daar ook op gericht: om zo groot en dominant mogelijk te worden. Als de dienst mainstream is, kan niemand er meer omheen. Dat geeft ze natuurlijk een machtspositie van jewelste.
De concurrentie zit niet stil, zie bijvoorbeeld het artikel bij EHPO over het fraai vormgegeven Deezer.
Ook wordt verwacht dat Apple – dat marktaandeel verliest – op korte termijn met een antwoord komt op ‘streaming’. Mijn mening is dat het alleen maar goed kan zijn voor de markt.
De grootste verandering is deze: muziek bezitten is niet meer belangrijk, erover kunnen beschikken is voldoende.
Technologie
Spotify benut als eerste de kansen die anderen lieten liggen. De eerste met een compleet, werkend pakket. Dat naadloos aansluit op de technologie van nu. Spotify snapt dat mensen altijd mobiel en dus online zijn. Geen beperking meer van je eigen locatie, apparaat, harddisk of iPod. Ook de snelheid en hoeveelheid data van 3G (mobieltjes) zijn prima randvoorwaarden om muziek streaming te luisteren, wanneer en waar je maar wilt. Slim en effectief. Spotify wil graag dat je je muziek kunt delen. Het belooft zo sociaal te zijn als het maar kan. En is dat ook. De link met Facebook is natuurlijk heel slim bedacht. Je muziek en je activiteiten op Spotify digitaal delen met je vrienden: het is gemakkelijker dan ooit. Ook dat onderdeel maakt Spotify volledig waar.
Krijgen artiesten betaald?
De derde belofte van Spotify is dat het, naar eigen zeggen, “een manier heeft bedacht om artiesten te betalen voor hun muziek”. Die laatste belofte klinkt veelbelovend, maar is helaas nog weinig concreet. Ter vergelijking: de 70/30 policy van de iTunes Store (70% voor de artiest, 30% voor Apple) is voor iedereen hetzelfde en glashelder. Zelfs de grootste artiesten zouden extreem weinig betaald krijgen van Spotify. Vanwege de kritiek en vanwege de groei zijn de tarieven eind 2011 enigszins (naar boven) aangepast. Maakt Spotify waar wat het belooft? De een vindt van wel, de ander niet. Bob Lefsetz, één van de bekendste bloggers in de muziekindustrie, vertrouwt het niet.

Het verdienmodel van Spotify
Where is the money? Niet alleen de betalingen aan auteurs, ook het verdienmodel van Spotify zelf ligt continu onder vuur, al sinds het begin. Waar komt het geld vandaan dat in Spotify is gepompt? Wie zijn nu precies de belanghebbenden? Welke afspraken zijn er gemaakt met de grote labels? In welke verhouding wordt er nu uitbetaald? Krijgen de grote labels voorrang? Worden artiesten nu toch weer genaaid of is het bedrijf te vertrouwen? Hoe moet je tarieven en modellen eigenlijk berekenen? Het blijft ingewikkelde materie, die ook nog moeilijk te meten is. Ook op dit gebied is er veel behoefte aan transparantie over de verdien- en verdeelmodellen van Spotify — en dat vind ik zeer terecht.
De tarieven op een rijtje – en hoeveel betaalt Spotify uit?
Het tarief van één stream (minimaal 30 seconden) ligt rond de € 0,003 (bijgewerkt in 2022). Voorbeeld: heb je 50 miljoen streams, dan verdien je 150.000 euro.
Dat bedrag komt bruto binnen bij het label. Daarna wordt de taart verdeeld zoals het is afgesproken, meestal na aftrek van kosten die het label maakt (voor productie, distributie, promotie enz.),
Deze royalties staan los van inkomsten uit auteursrecht, waarbij de taart wordt verdeeld in componist, tekstdichter en publisher (muziekuitgever). Dat loopt in Nederland via de Buma Stemra.
Daarnaast heb je nog naburige rechten. In Nederland regelt de Sena dat.
Er zijn ook nog een aantal collectieve vergoedingen, zoals de vergoeding die je krijgt als je in beeld bent tijdens een tv-uitzending en Thuiskopie. Norma incasseert deze namens de rechthebbenden.
Later is allang begonnen
Naast alle kritiek zou je Spotify enige krediet kunnen geven omdat het product succesvol is en omdat de markt voor streaming nog nieuw gebied is — net als toen met iTunes. Je moet ergens beginnen en het bedrijf heeft zonder twijfel iets goeds in handen. Er is beweging, er wordt aan een behoefte voldaan, er is een markt.
Er is ook veel onzekerheid. Het gebrek aan transparantie bij Spotify neemt die onzekerheid niet weg. Dat er veel commotie over is, onderstreept wel dat het inmiddels een dominante speler is, waar niemand meer omheen kan.
De tijd zal het leren. De wereld verandert waar je bij staat.

Laat een antwoord achter aan Isaac Diepenhorst Reactie annuleren