Ik weet niet hoe het met u zit, maar ik ben er als kind mee doodgegooid: De Stratemakeropzeeshow, J.J. De Bom voorheen De Kindervriend, De Film van Ome Willem. Programma’s die vol zitten vol met composities van Harry Bannink.
Zijn muziek is briljant eenvoudig, fantasierijk, vol mensenkennis, verrassingen en zelfspot. Bannink kon met muziek wat Annie M.G. Schmidt kon met de Nederlandse taal. Misschien waren ze daarom ook zo goed samen.
Schmidt creëerde een wereld waarin ik graag was als kind — en nog steeds graag ben. Waarin otters op de fiets gaan, waarin koningen ook maar mensen zijn, waarin beren met de tram reizen en waarin grotemensendingen stom zijn.
Bannink begréép dat. Dat hoor je gewoon.
Het werk van Bannink verraadt een unieke muzikale handigheid, die hem in staat stelde liedjes en melodietjes te bedenken met een volstrekt natuurlijke muzikale vorm en logica, met taalkundige hoogstandjes, humor en impact.
Hij was een echte toonzetter. Teksten voorzag hij van vorm, melodie en metrum. Had je eenmaal gehoord, dan kon je het daarna nooit meer anders horen dan zoals Bannink het had gecomponeerd.
In zijn liedjes krijgen gevoelens een stem, hebben teksten ineens vleugels en heeft Nederland iets om lekker hard mee te zingen. Wijsjes die blijven hangen. En ze zitten verdomd goed in elkaar.
Vanaf het eind van de oorlog maakte hij Bannink eindeloze kilometers als begeleider en componist.
Zijn werk kwam tot bloei in de jaren zestig en zeventig, die worden gezien als de gouden tijd van het Nederlandse kleinkunst.
Een briljante generatie, waarvan Sonneveld, Paul van Vliet, Shaffy en Toon Hermans mijn favorieten waren.
Bannink schreef in zijn leven meer dan 3000 liedjes en is daarmee misschien wel de muzikale grondlegger van dit wat onderbelichte Nederlandse genre.
Vol van invloeden uit het amusementstheater, variété, jazz en salonmuziek, van Franse chansons en klassieke melodieën.
Kunststukjes van de Nederlandse taal, vol vaderlands leed, met op zijn tijd een knipoog. Wat een schatkamer.
Aangenaam verrast was ik door het album Harry Bannink Zingt, een album waarop de zojuist gepensioneerde Bannink zelf zijn liedjes zingt. Ja, je leest het goed. Ik geloofde het eerst ook niet.
Het is een geweldig album. Henny Vrienten produceerde het. Met veel gevoel voor detail, met liefde voor de liedjes en de arrangementen.
Vooral Wat voor weer zou het zijn in Den Haag? is voor mij een schitterend hoogtepunt.
Misschien wel, omdat het laat zien wat een briljante, toegewijde liedjesschrijver Bannink was. Zacht en precies, zingt hij het nummer met het goede gevoel. Niet overdreven, niet onderdrukt. Als een opa die tevreden kijkt naar zijn spelende kleinkinderen en zeggen wil: ik heb het goed gedaan.
En zo is het. Dankjewel Harry Bannink, dat we nog lang mogen genieten van je fantastische muziek.
Geef een reactie